Conflicten en economische crisis veroorzaken toename kinderarbeid
In 76 landen bestaat er voor bedrijven een ‘extreem groot risico’ dat toeleveranciers gebruik maken van kinderarbeid. Dit is het gevolg van een verslechterende wereldwijde veiligheidssituatie en de mondiale economische crisis. Vorig jaar was nog in 68 landen sprake van een extreem risico.
Dat blijkt uit de jaarlijkse ‘Child Labour Index 2012 ’, een onderzoek gedaan door risicoanalysebureau Maplecroft. De Child Labour Index velt een oordeel over de situatie in 197 landen, waaruit volgt dat in niet minder dan 40 procent van die landen een extreem groot risico wordt waargenomen.
In landen waar conflicten woeden of dictators heersen is het risico op kinderarbeid het grootst: Myanmar, Noord-Korea, Somalië en Soedan delen de eerste plaats in de top tien van landen met het grootste risico. De lijst wordt gecompleteerd door de Democratische Republiek Congo, Zimbabwe, Afghanistan, Burundi, Pakistan en Ethiopië.
Volgens Maplecroft wordt de toename van het gebruik van kinderarbeid vooral veroorzaakt door een verslechterde wereldwijde veiligheidssituatie. Die heeft bijvoorbeeld geresulteerd in een toename van het aantal vluchtelingen, die, samen met kinderen uit minderheidsgroepen, de meeste kans hebben om geëxploiteerd te worden.
Lees het gehele rapport van Maplecroft en bekijk de Child Labour Index 2012.