Beeld2

Minister Ploumen ontvangt handboek Stop Kinderarbeid

In aanloop naar de Internationale dag tegen kinderarbeid overhandigde onze campagneleider Sofie Ovaa vandaag het handboek ‘Stepping Stones for creating Child Labour Free Zones’ aan minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Lilianne Ploumen.

Het handboek is in nauwe samenwerking met onze lokale partners gemaakt. Naast praktische informatie over het ontwikkelen van kinderarbeidvrije zones, komen ook de ervaringen van deze partners aanbod. Wij hopen dat dit anderen zal inspireren om deze aanpak over te nemen of te ondersteunen.

De minister is al langer enthousiast over onze aanpak en zag ook vandaag gelukkig weer veel mogelijkheden om ons te steunen in onze strijd voor een kinderarbeidvrije wereld.

>> Download ‘5x5 Stepping Stones for creating Child Labour Free Zones’ (pdf)

Gerelateerd

Beeld2

Een goed verhaal en een beetje geduld

Tot een paar jaar geleden wist Jacinta Namayanja uit Oeganda niet dat kinderarbeid een slechte zaak was. Nu is ze een van de meest actieve leden van de commissie tegen kinderarbeid.

In 2010 werd Jacinta gevraagd zich aan te sluiten bij een van de kinderarbeidvrije zone-commissies in haar geboortedorp Kitubulu, een gebied met zo'n 8.000 huishoudens in West-Oeganda. "In het begin was ik wel een beetje bang’, vertelt ze. 'Ik wist niets van kinderarbeid. Ik had zelf een jong meisje in dienst als huishoudster. Ze was goedkoop en eenvoudig te instrueren," aldus Jacinta. "In onze gemeenschap was het normaal dat kinderen een bijdrage leverden. Kinderen gingen vissen of ze verzamelden afval."

Maar na maanden van trainingen workshops volgen, begrijpt Jacinta dat kinderarbeid een slechte zaak is. Ze kan zich nog goed het moment herinneren dat dit echt tot haar door drong. Ze volgde een workshop over kinderarbeid toen ze hoorde dat twee kinderen waren verdronken tijdens het vissen in het meer. Jacinta zucht: "Dertien en vijftien jaar oud. Dat raakte me echt." Vanaf dat moment werkt Jacinta onvermoeibaar binnen de gemeenschap om de boodschap over kinderarbeid uit te dragen en ervoor te zorgen dat kinderen naar school gaan. Naast haar reguliere baan als lerares werkt ze twee dagen per week voor de commissie. Het is onbetaald vrijwilligerswerk.

Haar eerste stap was het in kaart brengen van alle werkende kinderen. Dat was niet moeilijk, ze kende alle kinderen van haar dorp goed. Daarna begon het meer gecompliceerde werk: families ervan overtuigen dat ze hun kinderen naar school moesten sturen. "Het is niet eenvoudig om een houding van mensen te veranderen, want ze gedragen zich al heel lang zo", legt ze uit. "Je moet dan vasthoudend zijn en veel tijd steken in het voeren van gesprekken met de families."

Jacinta kan zich haar huisbezoeken aan Siama Bakal, moeder van een jongen (9 jaar) en een meisje (13 jaar), nog goed herinneren. 'De kinderen verkochten vis aan de kant van de weg. Ook tijdens schooluren.' Hun moeder was om te beginnen nogal afhoudend. 'Ze vond ons in het begin niet aardig. Ze beschouwde ons als vreemden.' Maar Jacinta bleef Siama bezoeken. Week na week, maand na maand. En met het verstrijken van de tijd, kreeg Siama steeds meer vertrouwen in Jacinta.

Ze begon te luisteren en begreep de consequenties van kinderarbeid. Samen bedachten ze een manier om het lagere inkomen van Siama aan te vullen als haar kinderen naar school zouden gaan. Siama plaatste een kraam aan de voorkant bij haar huis zodat ze zelf vis kon roken en verkopen. Een jaar nadat Jacinta voor het eerst een bezoek bracht aan Siama, gingen haar kinderen naar school.

Tijdens haar huisbezoeken hoort Jacinta vaak dat ouders hun kinderen niet naar school sturen omdat ze arm zijn. Een andere reden die ze hoort is dat meisjes sowieso in het huishouden belanden, dus waarom is het dan nodig om ze op te leiden? "We vertellen hen dat ze aan de toekomst moeten denken. Dat zij deze cyclus van armoede kunnen doorbreken en beëindigen." Rolmodellen – bijvoorbeeld een meisje dat naar school ging en lerares werd – zijn erg belangrijk in deze gesprekken. "Ik ben een van hen," zegt Jacinta wat schuchter.

Maar de vele huisbezoeken en de urenlange gesprekken hebben effect gehad. Bijna alle kinderen in deze regio gaan inmiddels naar school. En ook al is het werk in haar eigen dorp nooit klaar - het is een continue proces - toch besloten Jacinta en de overige commissieleden om naar een nieuw level over te stappen. Zij werden een officiële organisatie, een CBO (Community-Based Organisation). Met deze status kunnen ze in een grotere regio werken en dus ook andere dorpen bereiken. Dit maakt het ook mogelijk om nog meer gedreven mensen zoals Jacinta aan te trekken, om het verhaal door te vertellen en ervoor te zorgen dat alle kinderen naar school gaan.

>> Lees meer over de kinderarbeidvrije zones

Lees ook:

Staatssecretaris omarmt methode Stop Kinderarbeid

Child Labour Free Zones zijn hét schoolvoorbeeld van het effectief bestrijden van kinderarbeid. Dat zei Staatssecretaris Knapen in het Wetgevingsoverleg Ontwikkelingssamenwerking in de Tweede Kamer op maandag 21 november. Een aanmoediging voor de campagne Stop Kinderarbeid, die zich samen met lokale organisaties al jarenlang vol overtuiging inzet om Child Labour Free zones wereldwijd te versterken en uit te breiden.

Tijdens het Wetgevingsoverleg kruisten de verschillende woordvoerders van de politieke partijen de degens met staatssecretaris Ben Knapen. Joel Voordewind van de ChristenUnie hield  een pleidooi voor een meer actieve inzet voor  het uitbannen van kinderarbeid. In zijn reactie liet Knapen weten dat de  gebiedsgerichte aanpak van campagnepartner MV Foundation in India bijzonder effectief is gebleken en dat het goed is dat het concept van Child Labour Free zones nu wordt overgenomen in landen als Ghana, Ethiopië, Oeganda, Kenia en Zimbabwe.

Child Labour Free Zone

Een Child Labour Free zone is een plek waar geen kinderarbeid bestaat en waar alle kinderen naar school gaan. Dat kan bijvoorbeeld een dorp zijn  of een plantage. In de Child Labour Free zone is iedereen ervan overtuigd dat kinderen op school horen en niet op de werkplaats. Alle  partijen –  lokale organisaties, vakbonden, overheden, werkgevers, leerkrachten, ouders en kinderen – werken samen om kinderarbeid uit te  bannen en alle kinderen naar school te brengen.

Het concept van Child Labour Free zones komt van partnerorganisatie MV Foundation  in India. MV Foundation heeft hiermee tot op heden maar liefst 600.000  kinderen uit het werk gehaald en terug naar school gestuurd. Maar liefst  1.500 dorpen zijn volledig vrij gemaakt van kinderarbeid en nog veel  meer dorpen zijn hard op weg om de status van Child Labour Free zone te  behalen. Inmiddels zijn ook partner organisaties van Stop Kinderarbeid  in Afrika aan de slag om deze gebiedsgerichte aanpak tegen kinderarbeid  te vertalen naar hun eigen context om daar Child Labour Free zones te creëren.